Interacties IPR & Migratie Recht

Interacties tussen IPR en migratierecht op agenda van Europees Parlementeuropees-parlement.jpg

Op 20 juni 2017 organiseerde het Europees Parlement een workshop ‘Potential and challenges of private international law in the current migratory context’. Tijdens de workshop werden twee studies voorgesteld waaraan de volgende academici van TEE (Trans Europe Experts) meewerkten:

Prof. Sabine Corneloup (coördinator), University Paris II Panthéon-Assas, Frankrijk; Prof. Bettina Heiderhoff, University of Münster, Duitsland; Prof. Costanza Honorati, University of Milano-Bicocca, Italië; Prof. Fabienne Jault-Seseke (coördinator), University of Versailles Saint-Quentin, Frankrijk; Prof. Thalia Kruger, University of Antwerp, België; Prof. Caroline Rupp, Julius-Maximilians-University Würzburg, Duitsland; Hans van Loon, voormalig Secretaris-Generaal van de Haagse Conferentie voor Internationaal Privaatrecht en Prof. Jinske Verhellen (coördinator), Ghent University, België.  

  • Study “Private International Law in a Context of Increasing International Mobility: Challenges and Potential”

In  deze studie werd aandacht besteed aan de interacties tussen het internationaal privaatrecht en het migratierecht. De studie toont in de eerste plaats aan dat de erkenning van een in het buitenland verkregen/verworven burgerlijke staat ook speelt in een migratiecontext. In een aantal gevallen geldt de erkenning van de burgerlijke staat als een voorwaarde om te kunnen migreren. In andere gevallen is migratie dan weer niet mogelijk ondanks de erkenning van de burgerlijke staat. Daarnaast besteedt de studie ook aandacht aan de moeilijkheden die ontstaan wanneer buitenlands recht moet worden toegepast. Tot slot wordt in de studie dieper ingegaan op artikel 12 van het Vluchtelingenverdrag van 1951. Wie valt precies onder de notie ‘vluchteling’? Welke aanknopingsfactor kunnen/moeten we gebruiken voor mensen die bescherming zoeken? Etc.

  •  Study “Children on the Move: a Private International Law Perspective”

In deze studie werd dieper ingegaan op de bescherming die het internationaal privaatrecht kan bieden aan kinderen in een migratiecontext. In eerste instantie werd dieper ingegaan op het belang van de Brussel IIbis-Verordening en het Haags Kinderbeschermingsverdrag van 1996. In tweede instantie werd het belang van internationale samenwerking benadrukt en werden de reeds bestaande samenwerkingsmechanismen toegelicht. Bijzondere aandacht ging uit naar de bescherming van niet-begeleide minderjarige vreemdelingen. Tot slot werd dieper ingegaan op een aantal steeds terugkerende problemen. Hoe kunnen mensen een in het buitenland ontstane afstammingsband bewijzen? Hoe gaan we om met kindhuwelijken? Hoe kan een kind dat bescherming zoekt bewijzen dat hij wel degelijk minderjarig is waardoor hij recht heeft op de bescherming die wordt geboden aan niet-begeleide minderjarige vreemdelingen? Welke beschermingsmaatregelen kennen we voor kinderen in een migratiecontext? Etc.

 Het Europees Parlement kondigde de workshop aan als volgt:

“On 20 June, the Policy Department for Citizens Rights and Constitutional Affairs will organise a workshop on "Potential and challenges of private international law in the current migratory context" for the JURI Committee.
While Private International Law governs relations between persons coming from or living in different States, migration law regulates the flow of people between States. Rights related to migration often depend on private relations (marriage, parentage) or personal status (age); and global migration flows put traditional rules on applicable (foreign) law and jurisdiction under strain. The workshop aims to examine the ways in which these two fields of law interface and how to ensure a more coherent and efficient approach. It will in particular examine how traditional private international law solutions and tools can offer innovative ways to address issues of immigration law, ensuring better protection to those who most need it (in particular, children on the move) and easier coordination between different authorities across Europe.”

Meer informatie: