Stage

Een stage wordt in de regel uitgevoerd tussen het eerste en het tweede masterjaar, maar het kan eventueel ook in de zomer voor de aanvang van het eerste masterjaar. Een dergelijke stage gaat doorgaans in een bedrijf door en is bij voorkeur praktijk- of ervaringsgericht. Een stage van minstens 4 weken kan men laten meetellen als keuzevak van 3 studiepunten, een stage van minstens 6 weken kan men laten meetellen als keuzevak van 6 studiepunten. Men kan ook 2 stages van 3 studiepunten combineren.
Om een stage te laten meetellen moet je vooraf een stagepromotor zoeken onder de lesgevers van de ingenieursfaculteit. Deze promotor moet nagaan of de stage van voldoende hoog technisch-wetenschappelijk niveau is om te kunnen meetellen als opleidingsonderdeel en adviseert hierover aan de opleidingscommissie. Na afloop van de stage beslist de promotor in overleg met de student of de stage al dan niet behouden wordt als keuzevak. Indien beslist wordt om de stage te behouden moet de student het vak stage kiezen als keuzevak en een verslag van de stage opstellen. Dit verslag wordt aan de promotor en aan de stagebegeleider van het bedrijf bezorgd. De promotor stelt in overleg met de stagebegeleider tegen het einde van het eerste semester een score voor de stage voor. Deze scores worden nog eens besproken op de stagecommissie waarna ze definitief zijn.
Een stage vormt een meerwaarde in je opleiding. Het laat je toe om je kennis in de praktijk toe te passen en om van binnenuit kennis te maken met de werking van een bedrijf.

Meer informatie kan u vinden op de facultaire stage website.

Prof. Filip De Turck is lid van de facultaire stagecommissie en vertegenwoordigt de opleiding computerwetenschappen. Voor verdere vragen, aarzel niet op te nemen.