Boeren zijn marktgerichte productie nog niet gewend

(07-09-2015) In een opiniestuk op deredactie.be concludeert Guido Van Huylenbroeck dat boeren nog niet gewend zijn aan het meer marktgericht produceren.

Meer info:  info.crelanleerstoel@ugent.be

"Wat de landbouwsector meemaakt, is voor een deel een transitie waarbij de boeren nog niet gewend zijn aan het meer marktgericht produceren. Misschien moet de overheid hen daar vooral bij helpen, eerder dan met nieuwe subsidies het oude systeem in stand te houden." Tot die conclusie komt Guido Van Huylenbroeck, hoogleraar landbouweconomie aan de Universiteit Gent, in een opiniestuk op deredactie.be over het landbouwprotest. Parmigianokaas noemt hij als voorbeeld van een valorisatieketen waarbij boer en industrie samen meerwaarde verlenen aan een basisproduct als melk. Door marketing en een uitgekiende afstemming van de keten krijgen ook de plaatselijke melkveehouders een hogere prijs voor hun melk.

Het inkomen van landbouwers staat onder druk. Dat ze daar tegen protesteren, vindt hoogleraar Guido Van Huylenbroeck (UGent) niet verwonderlijk. "Niemand verdient graag minder en boeren zien ook dat wanneer hun prijs met 30 of 40 procent daalt, dit niet geldt voor de melk in de winkelrekken. "Zij stellen zich dus terecht de vraag wat er aan de hand is en waarom de overheid niet tussen beide komt." Opdat de lezer zou begrijpen wat er gaande is, maakt Van Huylenbroeck een analyse van de landbouwmarkt. Het probleem situeert zich vooral aan productiezijde want het aanbod is veel minder stabiel dan de vraag. De professor herinnert aan de jaren 2007-2009, toen een grote droogte in Australië en Nieuw-Zeeland voor een wereldwijd tekort aan zuivel zorgde.

Quotasysteem

Ook het beleid beïnvloedt de markt. "Dat beleid is de laatste jaren veranderd", constateert Van Huylenbroeck. Uitgedacht in de jaren '60, toen er een tekort was aan melk, werden er minimumprijzen beloofd aan de boeren. Eind jaren '70 zat Europa al met grote overschotten opgescheept. Toen de landbouwministers limieten inbouwden en een quotasysteem bedachten, kwamen de boeren massaal naar Brussel want hun productie beperken was natuurlijk ook een aanslag op hun inkomen.

Het quotasysteem slaagde er volgens de professor in om de zuivelmarkt tussen 1984 en 2004 te stabiliseren. Twee nadelen noemt hij: enerzijds verloor de Europese zuivelindustrie marktaandeel op een groeiende wereldmarkt, anderzijds moesten boeren die wilden uitbreiden quota aankopen bij collega's. In 2005 werd besloten om de melkquota geleidelijk af te schaffen met 2015 als einddatum. Het huidige onevenwicht tussen vraag en aanbod is volgens Van Huylenbroeck mee veroorzaakt door boeren die de volledige vrijmaking van de markt als een kans zagen en massaal investeerden. Op de keper beschouwd is dus niet het EU-beleid de oorzaak van de onbalans op de markt maar de reactie van de landbouwers op dit beleid.

De hoogleraar Landbouweconomie hoort sommige landbouworganisaties pleiten voor een terugkeer naar een opgelegd of vrijwillig quotasysteem. Daar gelooft hij niet (meer) in omdat quota enkel tot hogere prijzen kunnen leiden indien Europa zijn grenzen kan afschermen voor import. Vandaag wordt dat niet langer geduld door onze handelspartners, noch door de Wereldhandelsorganisatie overigens. Het vaak aangehaalde Canadese voorbeeld van een marktregulerend systeem werkt alleen omdat Canada een vrij afgelegen markt is, wat van Europa niet kan gezegd worden.

Schaalvergroting met oog op kostenbeheersing

Guido Van Huylenbroeck sluit zijn opiniestuk natuurlijk niet af zonder oplossingen aan te reiken. Hij heeft het over verdere schaalvergroting met het oog op kostenbeheersing, over betalingen voor landschapsonderhoud om landbouwers meer dan alleen een productierol te geven en over een tijdelijke bodemprijs of Europese consumententoeslag. Maar net zoals de meeste andere schrijvers van opiniestukken legt hij finaal de bal terug in het kamp van de landbouwers. "Zij moeten vooral leren om oog te hebben voor de toegevoegde waarde van hun product. Een basisproduct als melk is dan wel zeer moeilijk te differentiëren maar in de toepassing ervan liggen veel mogelijkheden, denken we maar aan de vele kaassoorten, yoghurtbereidingen en andere producten die wel afhankelijk zijn van de specifieke smaak of samenstelling van de geproduceerde melk."

Bron: VILT