Interview met Greet Cardon over IDC GRAY

“We gaan op heel veel deuren kloppen, om meer funding los te krijgen voor onderzoek naar veroudering èn om veroudering op agenda’s te krijgen.”

Professor Greet Cardon (vakgroep Bewegings- en Sportwetenschappen) is promotor/woordvoerder van GRAY (Ghent University Research for Aging Young), een van de interdisciplinaire onderzoeksconsortia (IDC’s) aan de UGent. Bij de mondelinge verdediging van haar voorstel bracht ze Jacqueline De Jaeger mee. Met haar net geen 86 lentes is deze kranige dame een van de rechtstreekse stakeholders van GRAY. Een gesprek over conditietraining voor senioren, antislipvoetpaden en véél impact.

Vertel eens, hoe hebben jullie elkaar precies leren kennen?

Jacqueline De Jaeger: “Dat was 25 jaar geleden. Ik had een aankondiging gezien in het tijdschrift van de CM voor lessen conditietraining die de UGent organiseerde voor senioren. Omdat ik dat graag deed en graag fit wilde blijven heb ik me daarvoor ingeschreven. Sindsdien kom ik hier elke dinsdag in het HILO oefeningen doen.”

Greet Cardon: “Ik begon toen net te werken aan de UGent en werd gevraagd lessen te organiseren in het kader van een opleidingsonderdeel rond beweging en gezondheid. Als practicum moesten de studenten voor verschillende doelgroepen dergelijke trainingen geven, onder meer voor senioren, en die lessen lopen nu nog steeds. Het gaat dan over kracht, evenwicht, lenigheid, … Algemene fitheid bij senioren dus. Voor ons is dat ook een hele goede manier om de connectie met senioren te houden, door elke week met hen te werken. Als we dan af en toe eens iets moeten uittesten voor onderzoek is dat een heel handig klankbord. Dat willen we binnen het consortium graag behouden en nog versterken. We krijgen sowieso veel spontane feedback over de oefeningen, wat ze graag en niet graag doen.

Jacqueline De Jaeger: “Geen spelletjes bijvoorbeeld, omdat daar meer gevaar bij komt kijken. Dan zou je kunnen vallen of zo.”

Het nieuwe consortium zal onderzoek doen naar ‘jong verouderen’. Wat moeten we ons daarbij voorstellen?

Greet Cardon: Jong verouderen gaat over gezond en met een volwaardig, gelukkig leven, verouderen. Al het onderzoek dat daarmee te maken heeft willen we boosten en zoveel mogelijk naar buiten brengen. We willen mensen dus niet per se ouder laten worden – dat is minder de vraag van de doelgroep. De meesten willen vooral zo lang mogelijk fit, gezond en gelukkig blijven, en we zien dat dat bij de oudere ouderen jammer genoeg vaak nog niet lukt. Het thema gaat heel ruim: fysieke gezondheid, fitheid, maar ook psychische gezondheid, eenzaamheid, mentaal welbevinden, …

Is er voldoende aandacht voor gezond oud worden in onze maatschappij?

Jacqueline De Jaeger: “Ik denk dat dat maar zo half en half is hé. Tegenwoordig vind ik, vooral in ’t Gentse, dat ze weinig aandacht hebben voor de ouderen. Aan de zee is dat gelukkig beter.”

Greet Cardon: “Je hebt daar bij de verdediging op ’t einde toch iets over gezegd hé? Weet je nog wat ik bedoel?”

Jacqueline De Jaeger: “Ja, ik denk dat dat misschien toch wel een beetje de doorslag gegeven heeft hé? Ik heb toen gezegd: ‘We hebben heel ons leven bijgedragen aan de maatschappij, en nu verwachten we wel dat we daar iets voor terugkrijgen.’ Da’s maar normaal hè.”

Hoe ben je geïnteresseerd geraakt in het jong verouderen?

Greet Cardon: “Ik heb zelf lichamelijke opvoeding en kine gestudeerd. Tijdens mijn stage, en daarna tijdens de twee jaar waarin ik als kinesist werkte, vond ik het altijd heel fijn om met ouderen te werken. Het is super dankbaar, je krijgt er heel veel voor terug. De laatste tijd merkte ik zowel in de onderzoeksgroep als in de calls van financiers meer interesse in ouderen, en toen ik gevraagd werd een keynote te geven over het onderwerp ben ik me er echt in beginnen verdiepen. Daaruit vloeide een project voort rond het verband tussen fysieke activiteit en cognitief functioneren. We merkten toen dat daar in Vlaanderen nog maar heel weinig rond gedaan was. In andere landen worden ter preventie van dementie al heel wat activiteiten georganiseerd die fysieke en cognitieve uitdagingen combineren. Ik vond het dan ook echt iets om op in te zetten.”

Wat heeft je ertoe aangezet een voorstel in te dienen bij de oproep voor nieuwe IDC-consortia?

Greet Cardon: “Verouderen is natuurlijk een heel interdisciplinair gegeven. We hadden al weet van verschillende onderzoeksgroepen die daar ook mee bezig waren in onze eigen en andere faculteiten, bijvoorbeeld rond risico op vallen, maar ook rond fundamentele processen van veroudering, zoals in de biologie. Toen we de oproep zagen leek dat ons wel iets. Net omdat er hier al zo veel rond gebeurt, vonden we de tijd rijp om alles te kunnen bundelen en naar buiten te brengen. Want zelfs in onze vakgroep zijn er verschillende mensen op totaal andere gebieden bezig met aspecten van veroudering, maar de verschillende onderzoekers spreken nog veel te weinig met elkaar. Ik denk dat we dat kunnen verbeteren als we die nodige lijm hebben, die coördinator die zaken kan samenbrengen en daardoor echt wel kan versterken.”

Heb je nieuwe mensen leren kennen bij het voorbereiden van jullie projectvoorstel?

Greet Cardon: “Ja toch wel, zeker in dat fundamentele luik. Ik was natuurlijk superblij dat het aanvaard werd, maar op zich dacht ik ‘Stel dat het niet aanvaard zou worden, dan is het samenbrengen van die mensen ook al interessant geweest.’”

Wat is de bedoeling van het consortium?

Greet Cardon: “Twee zaken: enerzijds de groepen die rond veroudering werken sterker gaan samenbrengen. Anderzijds gaan we op heel veel deuren kloppen, om meer funding los te krijgen voor onderzoek naar veroudering èn om veroudering op agenda’s te krijgen. Zoals we zeggen health in all policies zou je eigenlijk ook moeten zeggen het verouderingsproces in all policies. Denk bijvoorbeeld aan het inrichten van steden – ik heb gisteren nog een programma gezien over een stadje in Italië dat volledig ingericht was voor ouderen, met voetpaden met antislip en nog allerlei heel leuke concepten. Er zijn nog zoveel opportuniteiten om impact te hebben met ons onderzoek. En we merken ook: iedereen staat er heel erg voor open. Vergrijzing van de maatschappij, je kan daar niet naast kijken. Ook de kosten die gepaard gaan met zieke ouderen en andere problemen bij ouderen, spelen een rol. Als we die kunnen drukken door beter ouder te worden, is dat ook een belangrijke impact. Maar het allerbelangrijkste, het einddoel, is natuurlijk de gezondheid en kwaliteit van het leven van de ouderen verbeteren. Daar doen we het uiteindelijk voor.”

Kan je nog enkele concretere voorbeelden geven van waarop je wil inzetten?

Greet Cardon: “We willen beginnen met het versterken van de lopende projecten. Binnen onze eigen onderzoeksgroep hebben we enerzijds onze projecten rond cognitie en beweging. We zijn nu bijvoorbeeld een studie aan het opzetten om verrijkt wandelen verder uit te testen met senioren. Verrijkt wandelen wil zeggen dat je tijdens het wandelen ook cognitief bezig bent en daardoor niet alleen fitter wordt maar ook je hersenen gaat trainen. Brain jogging wordt het soms genoemd. En dan hebben we ook een onderzoek rond low impact running. We zien dat lopen op zich eigenlijk heel preventief is voor allerlei aandoeningen, dus als we dat op een manier kunnen aanleren die de negatieve effecten (de impact als je je voeten neerzet) vermindert, kan dit sterk bijdragen tot gezond verouderen. Bij andere onderzoeksgroepen denk ik bijvoorbeeld aan ‘Hello Jenny’ binnen de communicatiewetenschappen – dat project wil eenzaamheid monitoren en verminderen. Of aan de revalidatiewetenschappen waar ze veel expertise hebben opgebouwd rond valpreventie. Wat we echt moeten doen met GRAY is kijken: ‘Is dat gedissemineerd, is er al voldoende outreach, kunnen we dat nog versterken?’ Er ligt een schat aan producten klaar die nog veel meer gebruikt kunnen worden om gezonder en gelukkiger te verouderen.”

Wat vindt u dat er nog onderzocht zou moeten worden, mevrouw De Jaeger? We hebben het al gehad over fysieke fitheid. Zijn er zo nog problemen waar u de nieuwe groep graag rond zou zien werken?

Jacqueline De Jaeger: “Waar ik ook wel mee bezig ben om gezond te blijven zijn voedingssupplementen. Ik voel mij daar goed bij, maar dat kost veel en eigenlijk weten ze nog niet goed of dat echt werkt en welke het beste kunnen helpen voor mij. Dus daar zijn nog zeer veel vragen bij, de rol van voedingssupplementen bij ouderen.”

Zijn er nog dingen die u moeilijk vindt?

Jacqueline De Jaeger: “Ik fiets graag, maar hier in Gent vind ik dat zeer gevaarlijk. Dat doe ik alleen aan zee.”

Greet Cardon: “Dat gaat opnieuw over die stadsinrichting inderdaad. We hebben momenteel ook een project lopen waarbij we gebruik maken van virtual reality om te kijken hoe we de stad voor ouderen fietsvriendelijker kunnen maken. Daar zijn naast onze vakgroep ook de Geografie en de Volksgezondheid en Eerstelijnszorg bij betrokken.”

Die IDC’s, hoe belangrijk zijn die nu voor interdisciplinair onderzoek en voor maatschappelijke valorisatie?

Greet Cardon: “Ik denk heel belangrijk, vooral voor die maatschappelijke valorisatie. Ik denk dat interdisciplinair onderzoek nog enigszins haalbaar is zonder de IDC’s. Maar er zijn zoveel opportuniteiten om een impact te hebben, terwijl iedereen nu al overbezet is, dat je die niet allemaal kan benutten zonder de ondersteuning van zo’n IDC-coördinator. We hebben hier ook een IOF business development manager en als je ziet wat die realiseert... Ik verwacht dat dat een beetje hetzelfde gaat zijn voor het IDC.”

Hoe wil GRAY samenwerken met de doelgroep?

Greet Cardon: “We gaan een diverse klankbordgroep installeren die het consortium als geheel zal ondersteunen, en daarnaast willen we ook zoveel als mogelijk ouderen in de projecten zelf betrekken. Ik denk bijvoorbeeld aan het project rond cognitie. Daar gaan we focusgroepen doen bij senioren, we gaan walk-alongs doen: echt met de senioren buiten gaan wandelen, zien wat ze haalbaar vinden, wat ze niet haalbaar vinden.

We hebben ook een heel outreach plan uitgewerkt, waarin we de verschillende stakeholders willen betrekken. Enerzijds de ouderen zelf en het grote publiek. Hen willen we informeren en betrekken via flyers of aanwezigheid op grootschalige evenementen. Anderzijds hebben we echt specifieke stakeholders waarmee we gaan werken om ervoor te zorgen dat er zaken geïmplementeerd worden, zoals de Vlaamse Ouderenraad, maar ook het Vlaams Instituut Gezond Leven, de ziekenfondsen, het Agentschap voor Zorg en Gezondheid, … En zelfs nog veel ruimer: de WHO bijvoorbeeld. Ik zat vorige week nog in Genève waar ik specifiek werkte rond de nieuwe richtlijnen voor beweging voor ouderen.”

Waar zou u nog een rol willen spelen, mevrouw De Jaeger?

Jacqueline De Jaeger: “Ik denk dat ik geen grote rol meer zal spelen. Ik ben te oud daarvoor.”

Is er een leeftijdsgrens?

Greet Cardon: “Nee, nee, absoluut niet. Maar zoals ik zei, we gaan nu een oproep doen om te vragen wie het ziet zitten om af en toe eens samen te komen om input te geven rond het project, en daar zouden we Jacqueline natuurlijk graag bij hebben. Ja, jij blijft onze joker hé, Jacqueline! Een beetje onze ambassadrice ook!”