Raad van Beheer/Beheerscommissie van het Universiteitsvermogen

Identificatie

1. Entiteit: Bestuursorgaan

2. Geautoriseerde namen:
-
Raad van Beheer (1918)
- Beheerscommissie van het Universiteitsvermogen (1920-1971)

3. Parallelle naam: commission administrative du patrimoine

4. Identificatiecode: 3D

 

Historiek

1. Bestaansperiode: 1920-1971

2. Institutionele geschiedenis:
Bij besluit van 25 oktober 1917 maakte gouverneur generaal von Falkenhausen bekend dat door de Duitse overheid aan de Gentse universiteit een kapitaal van 4 miljoen frank ter beschikking werd gesteld ter verbetering van de infrastructuur van het onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek. ‘Dieses Vermögen hat den Zweck, in Ergänzung der von Staatwegen bereitzustellenden Mittel den Aufbau- und Ausbau von Unterrichts- und Forschungsanstalten an der Universität Gent zu ermöglichen. Insbesondere solle es dem Erwerbe und der Sicherstellung des für solche Bedürfnisse erforderlichen Grundbesitzes dienen. In geeignenten Fällen dürfen Beträge aus dem Vermögen fur Wohlfahrtseinrichtingen zum Nutzen der Studentenschaft verwandt werden, sofern dies im Gesamtinteresse der Universität geboten erscheint’. (Erlass 21/02/1918)

Om dit kapitaal te kunnen beheren kreeg de universiteit rechtspersoonlijkheid en werd een raad van beheer samengesteld die het recht kreeg, ‘zu kaufen und zu verkaufen, zu mieten, Prozesse zu führen, Vergleiche abzuschliessen oder Rechtsstreitigkeiten der Entscheidung des Schiedsrichters zu unterwerfen, Aufhebungen von Hypotheken zu bewilligen, Gelder anzulegen, zu empfangen und zu bezahlen’ (Verordnung, 25.okt. 1917
art 3). Deze raad van beheer bestond uit de rector (tevens voorzitter), 6 professoren en een Duitse ‘vertrouwensman’ Generalreferent Prof. W. von Dyck. In de 19 vergaderingen die de raad van beheer kon houden voor het oorlogseinde werd hoofdzakelijk gedebatteerd over de besteding van het toegekende kapitaal. Zo vooropgesteld werden de nodige fondsen ter beschikking gesteld ten behoeve van de studenten: m.n. voor de aankoop en de inrichting van een studentenhuis in de St.- Pietersnieuwstraat (nu het huidige UCT). Uit de notulen blijkt dat er ook onderhandelingen gevoerd werden over de aankoop van andere huizen en gronden in Gent en omgeving.

De Duitse nederlaag maakte een eind aan de zgn von Bissinguniversiteit te Gent en alle besluiten van de Duitse bezetter werden onwettig verklaard.
In 1919 stelde de Amerikaanse Commission for Relief in Belgium  (opgericht tijdens de eerste wereldoorlog om de Belgische bevolking tijdens de oorlog te bevoorraden) een groot deel van haar resterend kapitaal ter beschikking van de Belgische universiteiten. Voor Gent ging het om een bedrag van 20 miljoen frank. Om dit bedrag te kunnen beheren moesten de rijksuniversiteiten (opnieuw) rechtspersoonlijkheid krijgen, wat dan ook gebeurde door de wet van 5 juli 1920 . Naar analogie met de vrije universiteiten krijgen de rijksuniversiteiten nu ook de mogelijkheid om onroerende goederen te bezitten ‘welke ter aanvulling harer zending noodig zijn’ (art 2 wet van 5 juli 1920) of beleggingen in onroerende goederen te doen. De verwerving ervan moet gebeuren met toestemming van de koning.

Om dit patrimonium of universiteitsvermogen te beheren werd een ‘commission administrative’ of commissie van beheer, nog later beheerscommissie genoemd, samengesteld bestaande uit de rector, tevens voorzitter, de pro-rector, de beheerder-inspecteur en 5 professoren verkozen door de academieraad voor een termijn van drie jaar en herkiesbaar. De rector, of bij diens ontstentenis, de pro-rector, vertegenwoordigt  de universiteit tegenover derden. De commissie mag zich laten bijstaan door vier leden, die door haar worden gekozen onder gezaghebbende personen van de balie, de magistratuur, de handel en de industrie.
De secretaris, gekozen voor drie jaar, maakt het verslag op van de vergaderingen. Deze worden ingeschreven in een speciaal register en kopie wordt gezonden naar de minister van wetenschappen en kunsten.

De commissie beheert het patrimonium van de universiteit. Voor de administratie daarvan mag de commissie personeel aanwerven en de wedden en de arbeidsvoorwaarden regelen. Zij beslist tevens over het beheer en de besteding van het patrimonium. Zij kan roerende giften en schenkingen ontvangen. Verwerving van onroerend goed kan enkel mits de voorafgaande goedkeuring door de koning.
De commissie mag zich niet mengen in vraagstukken die betrekking hebben op onderwijs of die tot de wetenschap behoren. Ze mag wel aanvragen voor toelagen ontvangen uit de faculteiten en universitaire diensten en stelt het budget op naargelang de aanvragen.

Naast de kredieten ten behoeve van de wetenschappelijke uitrusting en het universitair onderwijs stelt de commissie ook fondsen ter beschikking ‘pour subvenir aux nécessités de l’ Administration et du ménage universitaire’ (art 10 inwendig reglement 9 juni 1921). In concreto betekende dit dat de commissie subsidies verleende voor de organisatie of deelname aan studiereizen, congressen, ontvangst van  buitenlandse geleerden e.d.m. Naast het vergemakkelijken van de wetenschappelijke contacten werden de inkomsten uit het universiteitsvermogen ook aangewend voor allerlei initiatieven op het vlak van sociaal dienstbetoon aan studenten en personeel (studentenhuizen, restaurants, homes, sociale dienst). Ook voor de aanwerving van personeel kwam in de loop der jaren budgettaire ruimte.

De begroting en de jaarrekening moesten jaarlijks aan het advies van de academieraad en ter de goedkeuring aan de Koning onderworpen worden. Bij de jaarrekening diende een jaarverslag toegevoegd, alsook een gedetailleerde staat van de roerende schenkingen van het afgelopen jaar en een staat van goederen die het patrimonium uitmaakten. Driemaandelijks diende de rector of de secretaris een beknopt overzicht op te maken van de inkomsten en uitgaven van het lopende jaar en van de financiële toestand. Om dit mogelijk te maken werd door de commissie een ambtenaar aangesteld, belast met het bijhouden van de boekhouding.

Met de jaren breidde de administratie van de Diensten van het Eigen Vermogen uit.
Artikel 19 van de wet van 24 maart 1971 bepaalde dat het universiteitsvermogen niet meer door een afzonderlijke beheerscommissie zou beheerd worden. Deze bevoegdheid werd overgenomen door de nieuwe raad van beheer. Het zijn de rector, en bij ontstentenis, de vicerector die de universiteit tegenover derden vertegenwoordigen.
Deze beslissing had aanvankelijk geen repercussies op de administratie van het eigen vermogen.  Een organogram van de universitaire diensten anno 1973  onderscheidde in  de  centrale administratieve diensten
1. Rectorale diensten
2. Diensten van de administrateur
3. Diensten van het Eigen Vermogen

Laatstgenoemde diensten bestonden uit drie secties: een sectie Algemene Ontvangsten,  een sectie  Ontvangsten en uitgaven der kassen en een sectie Personeelsbeleid en weddedienst. Laatstgenoemde sectie hield zich bezig met de afhandeling van alle personeelsaangelegenheden van de personeelsleden bezoldigd door het patrimonium (aanwerving, bevordering, ontslag, mutaties enz.).

In 1974 werd binnen de Diensten van het Eigen Vermogen een nieuwe taakverdeling doorgevoerd. Men onderscheidde nog steeds drie secties:
1. De dienst van het personeel : bevoegd voor de loopbaan en de geldelijke toestand (niet de uitbetalingen van de wedde en vergoedingen) van de personeelsleden bezoldigd door het Universiteitsvermogen (zowel wetenschappelijk medewerkers als administratief en technisch personeel), kinderbijslag, kraamgeld, overeenkomsten fondsen, sociale abonnementen, attesten, wetenschappelijke opdrachten, mutaties, verkiezingslijsten, de voorbereiding en uitvoering van beslissingen te nemen door het vast bureau/raad van beheer.
2. De comptabiliteit van de universitaire werking, de sociale werking, kredieten en fondsen, de ontvangsten, de proefhoeve te Merelbeke, financiële toestanden, vereffening facturen, uitbetalingen alle vergoedingen, examengelden, practicumgelden, wachtvergoedingen, kliniekvergoedingen, bijhouden kredieten, bank- en postrekeningen, vastleggingen/bestellingen
3. Weddedienst  belast  met de bezoldiging van het personeel Universiteitsvermogen (algemene diensten, sociale sector, laboratoria/klinieken met ontvangsten, academisch ziekenhuis, kredieten en fondsen), berekening en uitbetaling nettto-maandwedde, wedde-loonfiches, mutaties, betaallijsten (lonen/wedden, R.M.Z., voorheffing), loonbeslagen, bijdragebons, toesturen kopie weddefiche, vakantiegelden, programmatie, getrouwheidspremie, verzekeringslijsten (arbeiders en bedienden), attesten.

De organogrammen van de centrale administratie laten concluderen dat de diensten van het universiteitsvermogen verdeeld werden. Sedert 1975 vermelden de administratieve jaarboeken enkel nog één gezamenlijke comptabiliteitsdienst (universiteitsvermogen en staatsbegroting); de personeelsadministratie van het universiteitsvermogen werd een afdeling van de personeelsdienst.

Bronnen

Algemene inlichtingen en administratief jaarboek Rijksuniversiteit Gent. 1975/1976-1990/1991

ARUG, 3C1/2, Kabinet van de beheerder-inspecteur, de ondervoorzitter van de raad van beheer en van de administrateur (165) Gids voor de personeelsleden, 1973, pp. 26

ARUG, 3C1/2  Kabinet van de beheerder-inspecteur, de ondervoorzitter van de raad van beheer en van de administrateur (165 ) Gids voor de personeelsleden, aanvullingen  1974, pp. 26

ARUG, 3D1/1 Notulen raad van beheer, 1918.

ARUG, 4A2/4 (1917-1918) doos 183 (10) , Erlass 21/02/1918

ARUG, 4A2/4 (1917-1918) doos 183 (10), Verordnung über die Rechtspersönlichkeit der Universität Gent , 25/10/1917

LANGENDRIES, E. en VAN DER MEERSCH, A m. e.a. , 175 jaar Universiteit Gent – Ghent University 1817-1992.  Gent, 1992, pp. 137.

Règlement d’ordre intérieur [de la] Commission administrative Université de Gand. S.l, 1921, 3p.

SIMON-VAN DER MEERSCH, A.M., Inventaris van het Archief RUG. Gent, 1985, pp. 8
Wet tot toekenning van rechtspersoonlijkheid aan de Staatsuniversiteiten Gent en Luik. In: Belgisch Staatsblad, 29 juli 1920, pp. 5638-5639.

Inventaris

Beste bezoeker,

De inventarissen worden momenteel bewerkt om opgenomen te worden in een archiefbeheersysteem. Indien u stukken wil raadplegen, gelieve ons te contacteren: archief@ugent.be

We begeleiden  graag uw zoektocht. Dank voor uw begrip.